Wat moet u doen als u een uitkering heeft en naar het buitenland gaat?

Bent u een langere tijd in het buitenland, bijvoorbeeld voor familiebezoek of vakantie, dan behoudt u uw uitkering. U moet voor ons wel bereikbaar en benaderbaar zijn voor werk. Houd hiermee rekening als u naar het buitenland gaat.

  • Als u een uitkering heeft, mag u 4 weken per jaar in het buitenland zijn.
  • We moeten u kunnen bereiken. Laat ons daarom weten wanneer u naar het buitenland gaat. Dat kan via wijzigingen doorgeven.
  • De dag van vertrek telt niet mee, maar de dag dat u terug bent in Nederland telt wél mee als vakantiedag. Vakantie hoeft niet aaneengesloten te worden opgenomen. 

Let erop dat een vakantie van 4 weken vóór de jaarwisseling en aansluitend 4 weken na de jaarwisseling niet is toegestaan. U heeft dan geen recht op een uitkering.

  • Als u langer wegblijft dan is toegestaan, krijgt u geen uitkering meer. Dit geldt ook als u door ziekte of om een andere reden niet terug kunt naar Nederland. De gemeente kan dan ook uw uitkering verminderen. U krijgt dan minder geld. Dat gebeurt in ieder geval als u beschikbaar moet zijn voor werk en u zonder toestemming langer wegblijft dan is toegestaan. Dus blijft u langer weg? Geef dit door aan uw contactpersoon van de afdeling Samenleving.
  • Ook als u een langere tijd, meer dan 2 weken, niet op het adres bent waar u staat ingeschreven, moet u dit aan ons doorgeven. Dat is nodig omdat u moet reageren op brieven die wij u sturen. Reageert u niet op tijd, dan kan dat gevolgen hebben voor uw uitkering. Bijvoorbeeld dat u minder geld krijgt of dat uw uitkering beëindigd wordt.